Inleidingstekst voor de tentoonstelling
Willy Van Eeckhout in "De Cellekens"
Kunst-mobiel, Mechelen (2001)
Willy van Eeckhout en ik hebben een gemeenschappelijke vriend. Die kon vanavond jammer genoeg niet aanwezig zijn, omdat hij op 11 juli 1916 is overleden. Rik Wouters vroeg me wel een brief voor te lezen. Rik bevindt zich in het hospitaal. Hij is net voor de tweede keer geopereerd aan een kwaadaardig gezwel in zijn bovenkaak. Een gedeelte van zijn gehemelte is weggenomen.
Waarde vriend,
Ik heb je mijn proza beloofd. Ziehier. (...) De aankomst in de operatiezaal heeft me niet doen roepen. Alles ging snel in zijn werk. (...) Het ontwaken was niet pijnlijk. (...) 's Anderendaags was ik helder van geest. Geen oude of nieuwe pijnen. Je ziet dat het een droom was. De mensen die me kwamen bezoeken waren bang me te horen kreunen en ik lachte. Bij manier van spreken, want het moet vreselijk om zien zijn geweest.
Ik kan nu nog niet lachen. Ik had het echte gelaat van Lazarus... en stijf: ik kon niets bewegen. Maar dan is het pijnlijke moment gekomen: het verwijderen van de enorme tampon gaas die zich in de plaats van het weggenomen been bevond. Het heeft me vreselijk pijn gedaan; ik heb gebruld en ben in zwijm gevallen. 's Anderendaags, dezelfde scène. De volgende dag, minder pijn, voorts hoe langer hoe minder pijn. Nu doe ik het zelf driemaal daags. Zonder de tampon kan ik helemaal niet spreken: net een hond die blaft. Stel je voor: ... je stem klinkt in dat enorme gat.
Rik Wouters in het hospitaal, zo heet één van van de olie op doeken van Willy Van Eeckhout. Ik blaf als een hond noemt Van Eeckhout een werk op papier in gemengde techniek.
Op het eerste gezicht valt Rik Wouters in deze hommages nergens te bespeuren. We zien overaf verf. En in die verf kleur, licht materie. In deze werken heeft Van Eeckhout het over rood. Rood is vele kleuren. Zo heb je het haast onnavolgbare Rik Wouters-rood. Het rood van de jurk van zijn vrouw Nel. Het rood op Nels wangen. Het rood van haar lippen. De rode gordijnen achter haar. De pioenen in de vaas op een tafel. Bij Rik Wouters staat rood voor leven. Alles bij Rik Wouters is leven. Zijn werk getuigt van een onstilbare levenslust. Maar Wouters' tragische al te korte levensloop mengt zich ook in zijn werk. In zijn kleuren. Rood gaat ook staan voor bloed. Inderdaad, het bloed dat ons doet leven. Maar ook het bloed dat uit wonden sijpelt. Het rood waarvan we er niet teveel mogen verliezen.
Willy van Eeckhout lijkt me vooral dat dubbelzinnige rood te hebben geschilderd. Rood dat pijn doet aan de ogen.
Rik Wouters en Willy Van Eeckhout. Twee schilderende Mechelaars. Hun schilderijen ademen levenslust. Lust in kleur. Zin in verf.
Bekijk je een schilderij van Rik Wouters van dichtbij, dan zie je hoe een gelaat, en ruimer, hoe de wereld uiteenvalt in kleurvlekjes en vlakken. Hij schildert schetsmatig, wil een moment vliegensvlug in verf vatten. Wouters schilderde naar de natuur maar leunt aan bij de abstracte schilderkunst die enkele jaren na zijn dood zou losbarsten. Hij schildert bijvoorbeeld zijn vrouw Nel maar toont ons bovenal verf. En in die verf kleur, licht, materie.
Willy Van Eeckhout schildert in opzet niets. Geen vrouw, geen stilleven. Maar in onze ogen - en naar ik aanneem ook in zijn ogen tijdens het schilderen - vindt een omgekeerd Wouters-effect plaats. De wereld valt niet uit elkaar in kleur maar de kleurvlakken klitten samen. We zien hoe langer hoe méér in de verf. Niet zozeer een vrouw of een bloem. Maar het leven dat in die vrouw of in die bloem stroomt. Het bloed dat pompt in Rik Wouters terwijl hij ons een brief schrijft vanuit het hospitaal. Het schorre geluid dat klinkt in het enorme gat in zijn opgelegd gelaat. Ja, ook geluid zien we. Als je heel stil bent kan je een schilderij ook horen. In deze tentoonstelling kan je Rik Wouters horen.
“Een nog vinnige rode wonde”, zo omschrijft Nel Wouters het gat. Vinnige wonden, zo wil ik het werk van Willy Van Eeckhout omschrijven. Vooral zijn zelf samen gelijmde werken doen me aan wonden denken. Van Eeckhout havent papier. Hij scheurt enveloppen stuk, haalt pagina's uit verbrande wetboeken, verknipt artikels, affiches, etiketten, topografische kaarten. Vervolgens verzorgt hij die stukken en brokken papier liefdevol met verdunde acrylverf. Vaak kiest hij voor doorschijnend geel. Willy Van Eeckhouts geel. Het papier lijmt hij voor en na de behandeling aan elkaar tot vreemde, gekartelde vormen....